In de eind jaren zeventig en begin jaren tachtig was er maar 1 ploeg die het wielrennen domineerde en dat was de Raleighploeg van Peter Post.

Deze ploeg legde ook mede het fundament voor de touretappe van Joop Zoetemelk in 1980. In dat jaar won de ploeg negen etappes waarvan 2 ploegentijdritten. De Posttrein zoals de ploeg werd genoemd had deze discipline geperfectioneerd. Naar aanleiding van een ploegentijdrit in de Tour van 1977 die maar liefst 156 kilometer bedroeg, bedacht Gerben Karstens dat er niet meer als een molentje (in twee rijen naast elkaar) gereden moest worden.

Deze manier rijden in een ploegentijdrit betekende dat elke renner maar heel even op kop reed en dat er continue werd doorgewisseld in een vast tempo. Karstens bedacht dat het met name voor de lange afstanden beter was dat iedereen achter elkaar reed en dat de renner op kop zo lang mogelijk de gemiddelde snelheid vasthield. Dat betekende dat je tussen de 200 en 500 meter maximaal op kop reed. was je echt in goede doen dan kon je dat soms wel een kilometer vasthouden. Maar het belangrijkste was dat alle renners ook een tijdje konden herstellen.

De druk binnen de ploeg was enorm. De mindere tijdrijders waren niet alleen bang hun portie werk niet naar behoren te kunnen volbrengen. Ze vreesden daadwerkelijk hun ploegmakkers niet bij te kunnen houden. Sterker nog, de klimmer Bert Pronk werd in diezelfde tour van 1980 door zijn eigen team buiten de tijdslimiet gereden. Hoewel wielrennen een individuele sport is, maakt juist de wisselwerking tussen de snelheid van een enkeling en de samenwerking met meerderen, de ploegentijdrit tot een der mooiste en ook moeilijkste disciplines binnen de wielersport.

Hieronder de beroemde documentaire “Raleigh, de Posttrein”, met na ongeveer 8min30 het stuk over de ploegentijdrit.

En waarom dit hele verhaal hoor ik u verzuchten. Dat is eigenlijk heel simpel: voor de wind zijn we allemaal kampioen maar staat er een stevig briesje dan wordt het voor ons al snel moeilijk om een acceptabel gemiddelde vast te houden.

IMG_8989Gelukkig ben ik in de comfortabele omstandigheid dat ik met een aantal tempobeulen mag fietsen die niet zouden misstaan in de Trein van Post. En dus werd na een lange vakantie waarin voornamelijk bergop werd gefietst, eindelijk weer een winderig zondagmorgenritje verreden. En achter de rug van Roy, Bas, Alex, Herbert, Martin en Gerhard reden Freccia (terug na een liesblessure) en ik moeiteloos mee in de Jaxitingtrein.

Afgezien van de traditionele bestorming van de Volkeraksluizen (met dank aan Roy) en de onvermijdelijke dadendrang de Kiltunnel uit, werd er ontspannen gereden en lijkt het haantjesgedrag voorgoed verleden tijd. Kortom: onze TGV is weer begonnen na de vakantie en rijdt voorlopig nog in zijn 1 en ik hoop dat dat nog een tijdje zo blijft.